Vrijdag 30 augustus

Na wat huishoudelijke werkzaamheden rijden we maar terug richting Saint-Nazaire: in de Michelingids is dit gebied één witte vlek. Als we weer door Blain komen zien we op een rotonde nog een oude houten sluisdeur staan, compleet met plantenbakken en waterbassin ervoor.

Office de tourisme & Musée de Blain, Place Jean Guilhard, 44130 Blain, tel. 33 (0)2 40 79 98 51

SAINT NAZAIRE (2)

Net voor Saint-Nazaire zien we een grote Auchan. Normaal mopperen we altijd dat je met de fiets niet fatsoenlijk bij die hypermarchés kunt komen, maar vanaf de autoweg blijkt het ook niet mee te vallen. Maar na Saint Nazaire van alle kanten gezien te hebben komen we er toch. Het loont de moeite, het blijkt een van de meest luxe supermarkten die we ooit bezocht hebben. Overal staan dames met stukjes kaas, worst, paté, drankjes enzovoort om te proeven. Het assortiment is ook zeer uitgebreid, ze hebben er zelfs ijsbergsla. Waarschijnlijk is Saint-Nazaire ook een behoorlijk rijke stad, met z'n gespecialiseerde scheeps- en vliegtuigbouw industrie (Airbus). In het centre commercial zit ook nog een mega boeken- en platenwinkel. Als we binnenkomen worden we door vriendelijke juffrouwen welkom geheten, we wanen ons weer even in China...

We parkeren op ons eigen plekje aan de Loire, maar nu net naast een parasolden, want het is bloedheet. De stad blijkt nog een aardig groot centrum te hebben, al is het wel heel lijnbaanachtig. Na een uurtje hebben we het dan ook wel gezien. Als ik me met een boekje onder de parasolboom wil nestelen om eens net te doen alsof ik vakantie heb (van de zes boeken die ik meegenomen heb, heb ik er pas één uit), word ik aangesproken door een tandeloos oud mannetje dat me voor mijn gevoel uren aan de praat houdt. Hij wil echt alles van me weten! In ruil daarvoor krijg ik ondermeer te horen wat hij die dag gegeten heeft, dat hij al overgrootvader is en hier zeewier voor in zijn tuin komt rapen. Als ik niet wil stáát hij erop dat Thijs (die volgens hem inmiddels zeer jaloers geworden moet zijn...) mee naar z'n auto komt om een biertje te drinken en houdt hem dan ook nog eens een half uur aan de praat.

CHANTIERS DE L’ATLANTIQUE

Uiteindelijk moeten we ons nog haasten om op tijd bij de bunkers te zijn, waar onze bus naar de Chantiers de l’Atlantique vertrekt. De gids brengt ons eerst naar een expositieruimte in de sluisbunker, waar we een uitleg over 'pods' krijgen. Pods, letterlijk cocons, zijn draaibare, torpedoachtige aanhangsels, waarin zich een elektromotor bevindt, en die zowel voor de voorstuwing als de besturing van schepen zorgen.

Op de de werf krijgen we veel informatie over de schepen die hier gebouwd worden, marineschepen, tankers en vooral enorme cruiseschepen, en de werkwijze van het bedrijf. Naast de plasmasnijwerkplaatsen ligt een assemblagebaan van bijna een kilometer lengte, waar we via een galerij langs lopen. Op een hoger gelegen gedeelte worden de segmenten al van diverse water- en elektriciteitsleidingen voorzien en tot secties samengevoegd. Hier staan nu de eerste secties van de Queen Mary II, die met haar 345 meter lengte, 41 meter breedte en 72 meter hoogte het grootste cruiseschip ter wereld moet worden. De Chantiers de l'Atlantique wil de belangrijkste cruiseschepenbouwer ter wereld worden en heeft daartoe onlangs een enorme reorganisatie doorgevoerd. Wij zijn in ieder geval danig onder de indruk van de efficiency die hier ten toon gespreid wordt, dat zoiets mogelijk is in Frankrijk!

De secties worden op het lager gelegen deel van de baan tot een casco geassembleerd. De onderdelen worden verplaatst met een portaalkraan die 130 meter breed is, 60 meter hoog en 750 ton kan tillen. Op de assemblagebaan wordt meestal aan drie schepen tegelijk gewerkt. Wanneer een casco klaar is kan er indien nodig 25 meter hoog water in het dok gezet worden (de voetgangersgalerij komt dan ook nog onder). Via de Loire varen de casco's vervolgens naar het nabijgelegen afbouwdok of de afbouwkades in het Bassin de Penhoët. Tachtig procent van de (gemiddeld 1000) hutten wordt kant en klaar, als containers, in het schip geplaatst: er hoeft alleen nog maar water en stroom aangesloten te worden. Wanneer een schip de Chantiers de l'Atlantique verlaat kunnen de eerste passagiers zich een week later inschepen, vertelt de gids trots. Na het eten fietsen we nog een rondje om de werf.

Vorige Volgende


© PICARO