LOGBOEK JUNI 2006

 Mei
2006
 
Juli
2006
Donderdag 1Driemaal is scheepsrecht: de bakker in Inor is verdwenen, die in Stenay heeft middagpauze, maar in Dun hebben we, weliswaar pas met koffietijd, dan toch brood. Tot Stenay staan de panden een paar centimeter boven peil, zodat we lekker lopen, wat vooral in de kanaaltjes veel scheelt. Daarna schuiven we weer af en toe, wat je met ijzererts veel harder merkt dan met kunstmest. Bij de handsluizen is het tot onze verrassing al 'postes fixes': met dit weer vergeet je gewoon dat het zomer isÂ…

Reactie van
bert van der tang
Gaarne uitleg over het verschil tussen het schuiven met erts en het schuiven met kunstmest. Gewicht is toch gewicht; of niet?

Reactie van
sjakie
Ja, het gewicht in het schip is hetzelfde, maar met erts ligt het zwaartepunt van de lading bijna op de laadvloer. Bij bijv. kunstmest ligt dat hoger. Als je dan ergens over de bodem schuift gaat het schip makkelijker scheef en geeft zo wat ruimte aan de ondiepe kant. Lading waarmee het hele ruim vol zit (potgrond bijv.) is nog fijner schuiven. Maar eigenlijk hoort een schip niet te schuiven natuurlijk. Een schip moet drijven.

Vrijdag 2Om half zeven zitten Kia en ik al op de fiets, om een foto te nemen van de Picaro die langs een typische maasstuw vaart. Ondanks de mist het vroege opstaan waard. Van 7 tot 9 krijgen we nog een echte sluismeester mee, daarna worden de sluizen bemand door vakantiekrachten. Voor de meesten zijn we het eerste vrachtschip, of zelfs het eerste schip uberhaupt, wat ze ooit schutten, dus voor ons is het dubbel opletten. De een wil de verlaten al helemaal opendraaien voor het schip in de draad gelopen is, de ander wil de draad al los maken als het schip er nog in hangt. Maar we brengen het er allemaal heelhuids vanaf.

Reactie van
Ingrid Veldman
Wel vroeg, maar het is een schitterende foto geworden!

Zaterdag 3Nu het toch echt zomer lijkt te worden neem ik de stuurhut maar eens onder handen. Die was er vorig jaar bij ingeschoten, en dat is nu duidelijk te zien. In Commercy maken we net voor de supermarkt vast, maar helaas, net dicht. Na het eten lopen we nog een rondje door de bakermat van de Madeleine.

Zondag 4Op zondag wordt er pas vanaf negen uur geschut, ook bij de automaten, dus vertrekken we een half uurtje daar voor uit Commercy. Bij de tweede sluis hangen de jachtjes waar we bij lagen er al weer achter. We laten ze maar meteen voor (ze hebben gisteren netjes een touwtje aangenomen), maar denken ondertussen wel: was nou gewoon vóór ons vertrokken, dan had er niemand verlet gehadÂ… Ons verlet loopt ook nog flink op, doordat de sluis vervolgens niet omschut voor ons, zodat de "itinérant" er aan te pas moet komen. Daarna doen we de eerste afvarende spitsensluizen met het nieuwe stuurwerk. Wel even wennen: normaal zette ik met uitvaren altijd het elektrisch stuurwerk uit en dan de schroef in z'n werk, waardoor de roeren uit zichzelf recht kwamen terwijl het schip naar voren liep, zodat er niets geforceerd werd als ze de drempel eens raakten. Nu draaien de roeren niet meer uit zichzelf recht, maar blijven op zestig graden hangen, waardoor het schip niet naar voren wil. Dus moet ik ze voortaan zelf maar voorzichtig recht zetten. Om kwart voor zeven stoppen de automaten er al weer mee, waardoor we net niet op de Moezel komen.

Maandag 5Op de Moezel spuit ik, zoals gewoonlijk, alle modder, alg en plantenresten weg die we afgelopen week met het bestek van de Maassluismuren afgeschraapt hebben. Aan sluis Méréville hoeven we nog geen half uurtje te wachten op onze nieuwe opstapper, die hier met trein en taxi naar toe komt. Het beloofde mooie weer brengt hij niet mee, maar 's avonds kunnen we toch nog een prachtige wandeling maken door de benevelde velden.

Dinsdag 6De opstapper geniet met volle teugen van het groen, de rust en het zonnetje. We eindigen de dag in Thaon-les-Vosges, waar we bij de Feldspath langszij vastmaken, een van de drie nieuwbouw "spitsen" die hier over korte afstand grind vervoeren. Kunnen we die eindelijk eens goed bekijken. Mooi kunnen we ze niet vinden, en praktisch ook niet.

Woensdag 7In Frankrijk kan alles en niets: en passant deelt een sluismeester mee dat we vanavond tot tien uur door mogen schutten. Sluis 21 wordt morgenvroeg namelijk gestremd vanwege reparatiewerkzaamheden, waardoor het waterpeil anderhalve meter verlaagd wordt. Thijs weet een sluiswachter ervan te overtuigen ons met de hand door de automaten heen te helpen. Doordat zo allerlei beveiligingsvertragingen vermeden kunnen worden gaat dat veel vlugger, waardoor iedereen eerder vrijaf heeft. Het loopt dan ook als een speer, tot we om half acht opeens voor een dichte sluis 16 komen. In de veronderstelling dat de sluiswachter even is gaan eten, doen wij dat ook maar. Ruim een uur later komt er een andere sluiswachter aangereden: waar we blijven, want hij zit een paar sluizen verderop al een hele tijd op ons te wachten. Blijkt z'n collega er zomaar vandoor te zijn gegaanÂ… Als we nu nog doorgaan wordt het echt nachtwerk, dus blijven we alsnog voor de stremming liggen. Tja, in Frankrijk kan alles en nietsÂ…

Donderdag 8Onze verplicht vrije ochtend brengen we nuttig door met kleine klusjes, want met al die sluizen (gisteren zelfs 34) komt er van andere dingen niet zo veel terecht. Om twaalf uur mogen we weer vertrekken. Alleen staan de panden de eerste uren nog niet op peil, waardoor we lekker schuiven. Heeft die sluiswachter van gisteren ons dubbel te pakken. Maar door al dat oponthoud stranden we 's avonds wel op een idyllisch plekje, onder grote bomen naast een paar verlaten huisjes.

Vrijdag 9Via de tam-tam weten we dat we ieder moment een andere geladen spits tegen kunnen gaan komen, maar via de marifoon krijgen we hem door de bossen en heuvels maar niet te pakken om een goed passeerplekje af te kunnen spreken. En GSM-dekking heb je hier ook al niet. Uiteindelijk komt alles toch nog goed: we kruisen bij een verbreding, onder toezicht van een sluiswachter die het waterpeil wel wat wil verhogen als we naast elkaar vast zouden komen te zitten. In de namiddag mag de Canal de l'Estkaart naar beneden en de Saônekaart naar boven: we hebben het "ergste" weer gehad.

Zaterdag 10Door alle verlet zitten we weer precies op hetzelfde vaarschema als onze tweede zuidenreis vorig jaar. Dat betekent elke morgen verse croissantjes, maar ook elke avond geen restaurantjeÂ… Het wordt nu echt zomer, dus mogen de horretjes, de buitenmeubels en de tafelventilator van voor naar achter komen.

Zondag 11Ruim dertig graden binnen, een schitterend landschap buiten, en ik moet aan de computer werkenÂ… Aan Ecuelles sjouwen we 's avonds de tafel en stoelen de wal op om te etenÂ… en gegeten te worden! Na de avondwandeling mag Thijs nog even naar de schroef duiken, want het schip rammelt behoorlijk. Een vlagachtige lap gevangen.

Maandag 12Weer op groot water, dus modderspuiten maar. Ik begin met het ontbladeren van de roeiboot, waarin zich in de loop van het jaar een soort terrarium ontwikkeld heeft... Dat was vooruitzien: in Macon hebben we hem notabene nog nodig ook, om aan de wal te komen. Aan de paal waaraan we vorig jaar vastlagen ligt nu een cruiseschip, bij de andere palen blijven we zover af dat ook de lange loopplank te kort is. Aan de wal krijgen we ook nog op ons kop omdat we over een bouwterrein lopen. Macon en VNF zijn namelijk volop bezig met het Arc de Saône project. Er komt een cruisterminal, jachthaven, wandelboulevardÂ… maar aan de binnenvaart heeft zo te zien weer niemand gedacht. Tja, vrachtschepen zijn dingen die dingen van A naar B vervoeren, dat er ook nog mensen op wonen die soms boodschappen moeten doen, een apotheek nodig hebben, op een terrasje willen zitten, door brocantes snuffelen, uit eten gaan, pinnen, opstappers op de trein zettenÂ…

Dinsdag 13Zo druk als het vorig jaar op de Saône en Rhône was, zo rustig is het nu. "Tien minuten hè!" roept de sluismeester van Couzon als we de waterslang pakken. Na drie kwartier, er is intussen ook nog een jachtje binnengekomen, roepen we zelf maar dat hij maar moet gaan schutten. (Overigens zijn we dan nog pas vijfhonderd liter rijker ;-) Op de Rhône is het gebruikelijk om de sluismeester even te bedanken bij het uitvaren: "Merci et à la remonte!" Tja, veel keus hebben de meeste schepen hier nietÂ…

Woensdag 14Maandag pas lossen, krijgen we te horen als we nog eens ter bevestiging naar de ontvanger bellen: er zijn een paar schepen met silo's onderweg die voor moeten. Hij drukt ons op het hart in Viviers te blijven. Pas de problème: dat staat hier al lang als leuk ligplekje genoteerd. Het blijkt alleen niet zo'n handige ligplaats. De laatste twee palen staan het dichtst bij elkaar en hebben een verbinding met de wal, maar blijken helaas ook net iets te dicht bij de wal te staan. De eerste twee palen staan te ver uit elkaar, waardoor we dan maar op paal twee en drie gaan liggen, precies in het midden dus. Knap lastig voor de cruiseschepen, die hier af en toe even, en bij voorkeur tegelijk, binnen duiken, lijkt ons, maar een andere oplossing is er niet. En volgens een man op de wal mogen we hier ook gewoon liggen. Eenmaal aan de wal (gelukkig hing de roeiboot nog in de davit, en zaten het touwtje-naar-de-wal en het touwtje-naar-boord er nog aanÂ…) blijkt die man onze kraanmachinist in spé te zijn, die hier toevallig rondhing. Hij belt ook nog even voor ons naar kantoor, zodat onze aankomstdatum wel erkend zal worden. 's Avonds lopen we eerst door een prachtige platanenallee en vervolgens via kronkelende kattensteegjes, langs duistere impasses en half uit de rots gehakte huizen met doorgerotte deuren en op iedere traptree een bloempot, naar de kathedraal. Vanaf de oude muren achter de kerk hebben we een schitterend uitzicht over de korenvelden aan de voet van de stad en de Rhône.

Donderdag 15Of we misschien in het Canal de Bourgogne willen laden voor Bazel, vervolgens in Ottmarsheim voor Mannheim, en dan in Heilbronn boomstammen voor het Canal du Centre. Dat is wel een bijzonder rondjeÂ… we denken erover! Maar eerst aan het werk, ondanks de temperatuur. Als ik de klinknagels onder de bulb nog maar eens over hun bol aai verbrand ik m'n arm aan de den. Thijs bakt aan een rvs kap voor de ankerlier. En 's avonds aan de barbecue, waarna het te laat is voor een wandeling. Maar Berend Botje kan ook wel alleen: inmiddels kunnen we haar in het water plonzen, na een rondje aan de wal met het commando 'aan boord!' in de roeiboot laten klimmen, en die aan het touwtje naar ons toe trekken. Ze kan (of wilÂ…) alleen niet terug aan boord springen.

Vrijdag 16Na nog zo'n dag hard werken hebben we 's avonds wel een verfrissend fietstochtje langs de Rhône verdiend. Maar als we met veel moeite de fietsen aan de wal hebben gehesen, blijkt mijn band weer eens plat. Dan maar lopen. Over het jaagpad heen, via veldweggetjes terug. Langs schuurtjes die er al sinds de Romeinse tijd lijken te staan, en ommuurde tuinen vol rozen, oleanders, klimop, druiven, vijgen, abrikozen en andere fruitbomen. In het dorp duiken we een paadje tussen twee tuinmuren in, dat ons, enige bramenschrammen en muggenbeten rijker, naar een verlaten huisje brengt. In de overwoekerde tuin staat een grote boom vol zoetzure gele vruchten. Onder het struikgewas ligt een oude waterput verborgen, en een fraaie, maar helaas loeizware, zinken bloembak.

Zaterdag 17Het is broeierig, de lucht is grijsgroen, en af en toe vallen er een paar druppels uit, dus beperken we ons maar tot kleine klusjes, zoals het kaalsteken van de deklampjes en het vervangen van hun stroomdraden. Een man op de wal wil graag het wachtwoord voor de positiepagina. Het blijkt een trouwe 'volger': hij heeft vroeger zelf ook op een spits gevaren met z'n ouders, maar is nu elektricien op een kerncentrale. Met een geïnteresseerde collega kijkt hij daar regelmatig op onze site. Hij is ook helemaal weg van de Kia-pagina, maar de dame in kwestie weigert onder het bed uit te komen: het rommelt af en toe in de verteÂ… Als het 's avonds opklaart fietsen we over het jaagpad naar de stuw, gaan dan via de historische pont de la Roubine naar de overkant, en hobbelen vervolgens over de andere Rhôneoever terug naar onze brug. En dan gaan we lekker bij de guinguette aan de haven eten. De chansonnier zingt over "la péniche et la vedette", het dansvloertje onder de bomen wordt gedeeld door plaatselijke moeders en dochters, kleuters en honden, streepjestruien uit de jachthaven en ruitjesbroeken van de cruiseschepen. En als de zanger even pauzeert, klinkt over het water de solo van een eenzame scheepshondÂ…

Zondag 18We staan extra vroeg op om de stuurhut te vernissen, maar de lucht ziet er weer zo dreigend uit dat we het niet aandurven. Thijs heeft bij het VVV-kantoor iets over een Romeinse brug over een zijriviertje van de Rhône gezien, dus gaan we daar maar eens naar op zoek. Als we even stilstaan bij een kruising wordt er vanuit een passerend busje "A demain!" geroepen. Huh? Ah, onze kraanmachinist! Op de een of andere manier vallen we in Frankrijk blijkbaar nogal op als we aan het rondfietsen zijnÂ… De Romeinse brug is de moeite waard, en op de oever vind ik allerlei oude (nou ja, vorige-eeuwse dan toch) scherven en een ooit-verzilverd lepeltje. In de aangrenzende wijngaard (daar komt dus de côtes du vivarais vandaan) staan ook een volle kersenboom, en een moerbeiboom, mmm, even proeven mag vast welÂ… Weer aan boord sla ik aan het poetsen, want er komt misschien iemand op bezoek. Eerst buiten, want in die druppels hier zit meer zand dan water, en dan binnen. Daarna begin ik aan de vertaling van de teksten voor een tentoonstelling over het Blue Links project, die 8 en 9 juli in Roubaix wordt gehouden. Als we 's avonds om acht uur, grrr, nog niemand hebben zien verschijnen, varen we maar naar Le Teil.

Maandag 19Om tien uur zijn we leeg, om halfelf aan de reis. Over die Bazel enzo zijn we niet meer gebeld, dus wordt het Roeselare. Ook nog nooit geweest, trouwens. Over het vrachtverschil met de heenreis denken we maar niet te lang naÂ… Pas over een week laden, maar daar hebben we niet zo'n moeite mee. Hoewel we nog een ander mooi plekje op het oog hebben, gaan we eerst maar weer in Viviers liggen, wel zo makkelijk voor het dagelijks brood. Nu we leeg zijn kunnen we met de kop tegen de oude kademuur liggen, zodat we niet meer met de roeiboot naar de wal hoeven, en de cruiseschepen alle palen kunnen gebruiken. Als ik probeer Kia met een snoepje over de smalle loopplank te laten lopen hoor ik opeens "Hallo Picaro, jullie hebben in ons blad gestaan. En jullie site staat al jaren in mijn favorieten!" Een medewerker van Promotie Binnenvaart Vlaanderen en zijn vrouw, die hier met een jachtje liggen. 's Avonds gaan we samen wat drinken bij de guinguette (waar we als ingeburgerde overburen nog een rondje van de zaak krijgen), tot Kia ons (jawel, over het smalle plankje!) komt halen. Als er bij VNF toch eens mensen met zoveel betrokkenheid bij de binnenvaart en zoveel kennis van zaken zouden werken, verzuchten we nadien.

Dinsdag 20Nog steeds geen supermarkt gevonden hier, maar de weekmarkt voorziet in de dringendste behoeften, waaronder keukenhandschoenen en keukensponsjes om de lasnaad te schuren. Op de terugweg loop ik verkeerdÂ… en ontdek prompt een supermarkt. We hebben de luiken open laten liggen, om aan de bulb en het bovenste stukje den te kunnen werken. Als iedereen die een blik in het ruim komt werpen er ook een euro in zou gooien, konden we hier aan het eind van de week uitgebreid uit eten!

Woensdag 21Oef, wat is het heet. De verfkwast blijft echt aan het ijzer plakken. Gelukkig biedt de Rhône verkoeling. Pas 's avonds, op de fiets, wordt de temperatuur aangenaam. Inmiddels staan in het dal ook de zonnebloemen in bloei. Kia is weer helemaal vakantiehond: verbleekt, vermagerd, vermoeid, gehoorzaam en héél tevreden.

Donderdag 22Zonder bijbaantjes zou ik een volkomen stressloos leven hebben, denk ik wel eens. Als ik aan het schip werk voel ik me schuldig dat ik niet aan de PC zit, en als ik schrijf denk ik aan alles wat buiten nog moet gebeuren. Vandaag ben ik bijzonder gestresst: morgen loopt mijn deadline voor een Frans verhaal over de Zuid-Willemsvaart af, maar nog steeds geen antwoord op mijn vragen. Internetten gaat ook al een hele tijd niet (vandaar ook het gebrek aan reacties hier): ons oude internet per satelliet abonnement is afgelopen en het nieuwe nog niet geactiveerd. Toch maar even bellen naar Rijkswaterstaat dan. In eerste instantie lijk ik er weinig mee op te schieten, maar morgen moet er meer informatie komen. Thijs verft intussen beide "bulben" en mag ook nog voor het eten zorgen. Tijdens onze avondfietstocht zien we een wild zwijn met een handvol kleintjes uit een greppel komen en tussen de druiven verdwijnen.

Vrijdag 23Ik krijg iemand die van wanten weet aan de lijn. Om vier uur is mijn verhaal eindelijk af, en ben ik zelf ook behoorlijk afgewerkt. Omdat de verf nu weer van de kwast waait gaan we naar Saint-Michel, die op een rots boven de stad uittorent. Volgens de kaart moet er vanaf de zuidkant een weggetje naar toe lopen, maar alle paden die we proberen lopen dood in het struikgewas. Voor we dan maar boodschappen gaan doen, schieten we nog even het weggetje achter de supermarkt in. We komen in een prachtig dal terecht, verdeeld in drie velden, die samen een soort 'tricolore' vormen: goudgeel graan, paarse lavendel en frisgroene druiven. En aan het eind, bij het kerkhof, leidt warempel een kronkelpaadje naar bovenÂ… Daar zitten we zeker een uur aan de voeten van de stenen engel, uit te waaien en van het uitzicht te genieten. Van links naar rechts zien we de Lafargegroeve waar we maandag gelost hebben, de pannendaken van Viviers, de sluis, het dorpje Chateauneuf, de rode hangbrug, de blauwe Rhône waarover een zoutschip naar boven worstelt en een knalgele coaster richting Middellandse Zee zakt, de door de avondzon verwarmde rotsen van het Défilé de Donzère, de Mont Ventoux, en de silo van Bollène, waar we maandag moeten ladenÂ… Bij de afdaling ontdekken we een alternatief paadje door de buxussen. Wat verderop wordt het wel knap steil. Nog wat verderop is geen sprake meer van een pad, maar alleen van een vaag spoor, dat we af en toe ook nog bijster raken. Gezien de doorvaarthoogte is het ook niet van menselijke oorsprongÂ… Terug gaat dan echter ook niet meer, dus glijden we maar, ons waar mogelijk aan takken en wortels vastgrijpend, verder en verder omlaag, over losse stenen, met onze blote armen en benen langs scherpe struiken schurend, tot we eindelijk in de wijngaard belanden. Voor we aan boord zijn is het bijna donker, dus gaan we, na ons snel ontdorend, ontklit en ontmodderd te hebben, nog maar een keer bij de guinguette eten. Poe, het schippersleven gaat niet over rozen!

Zaterdag 24De harde wind is weer weg, maar de blauwe lucht ook. Af en toe vallen er een paar treiterdruppels: geen echte bui, maar wel net genoeg om je verse verf te verzieken. Eerst maar boodschappen inslaan dan. Als we de volgende laag Saharazand van de roef aan het boenen zijn breekt het zonnetje met volle kracht door, maar voor we geluncht hebben dondert het al weer. Dus ga ik het logboek maar bijwerken: ik lig inmiddels veertien dagen achter. Thijs worstelt intussen met een script waardoor we hier binnenkort wat meer foto's tegelijk kwijt kunnen, zonodig ook met terugwerkende kracht.

Zondag 25De harde wind is weer weg, maar de blauwe lucht ook. Af en toe vallen er een paar treiterdruppels: geen echte bui, maar wel net genoeg om je verse vernis te verzieken. Eerst maar boodschappen inslaan dan. Als we de volgende laag Saharazand van de roef aan het boenen zijn breekt het zonnetje met volle kracht door, maar voor we gegeten hebben dondert het al weer. Dus ga ik het logboek maar bijwerken: ik lig inmiddels veertien dagen achter. Van de week nog een mailtje uit de VS gehad, iemand die de avonturen van de Picaro ook al een hele tijd blijkt te volgenÂ… dan weet je toch weer waar je het voor doet ! Thijs worstelt intussen met een script waardoor we hier wat meer foto's tegelijk kwijt kunnen, zonodig ook met terugwerkende krachtÂ…

Zondag 25Nog even brood halen, fietsen aan boord, zwemtrap weer tot ruimtrap transformeren, terugzwaaien naar de ober, en dan is het, een paar littekens en veel mooie herinneringen rijker, adieu Viviers! Hoewel het veel te warm is en veel te hard waait vernissen we in Bollene de stuurhut maar een keer: onderweg komt daar ook niets meer van. Dan barbecuen, met ter plekke gesprokkeld hout en vers geplukte rozemarijn.

Maandag 26We staan voor na de middag gepland, dus kunnen we nog mooi even naar de grote bouwmarkt en luxe super aan de overkant fietsen. Het laden op zich gaat vrij vlot, maar omdat de silobaas het zo druk heeft moeten we uren op onze papieren wachten. We hadden gedacht nog boven sluis Chateauneuf te komen, maar aan Donzere zijn we het beu. Het is dan ook bloedheet, 36 graden in de schaduw, en na die paar uur varen kun je al een ei bakken op de vloer. Dus gaan we hier de paaltjes onder de platanen, waar we al eerder verlangend naar gekeken hadden, maar eens uitproberen. Warempel, je komt er ook geladen zonder problemen tegenaan. Tijdens het vastmaken stopt er een motor naast het schip. Of dit de Picaro van de website isÂ… Het blijkt de eigenaar van een woonspits, die ons achterna gereden is voor een praatje, en om zijn telefoonnummer te geven: we mogen altijd bij hem langszij komen en hij zal ons graag overal heen rijden, of dat nou voor noodgevallen, boodschappen of toeristische uitstapjes is. Weer een 'steunpunt' erbij dus ;-)

Reactie van
De opstapper
Wordt nog een echte motorclub daar aan boord ;-)
groeten

Reactie van
Picaro
En dat voor mensen die alleen maar fietsen hebben...

Dinsdag 27Na elven is het in de roef niet meer te harden, dus voor die tijd moet ik mijn 'huiswerk' af hebben. Een sitebezoeker schat dat het een weekje varen is naar Roeselare. Maar hij woont dan ook aan de andere kant van de oceaan. Ik help hem maar uit de droom: met gemiddeld een kwartier per sluis zijn we al ruim vier vaardagen bezig met schuttenÂ… Daarna leef ik me uit op het traanplaatrandje en de reling voor de stuurhut, hoewel dat hopeloos is: met de fietsen voor de stuurhut te zetten, stoten we de verf er binnen de kortste keren toch weer vanaf. Als we in Saint-Vallier vastmaken begint het te onweren. Dan maar een kebabje: ik ga niet koken!

Woensdag 28Een collega gaat ook een weblog bijhouden van zijn zuidenreis, op http://aanboordtriade.blogspot.com Hoewel we het in theorie net zouden moeten redden met onze gasolievoorraad gaan we toch maar bunkeren in Loire. We hebben ook dringend drinkwater nodig. En waswater, al hebben we de laatste tijd niet veel om het lijf. In Lyon maken we aan de Port Rambaud vast. Niet bepaald het gezelligste plekje van Frankrijk om te barbecuen, maar in de stad ligt het nu vol. Wel veel last van gezelschapsdieren: terwijl we links de wespen van de inktvis jagen, jat de hond rechts een sardineÂ…

Donderdag 29Als we 's avonds aan Ormes nog even de wal op gaan worden we omgeven door hordes grote, driftig zoemende insecten. Ze zijn te snel om ze te kunnen determineren, maar ik ben ook snel weer aan boord. Even later hoor ik de sluismeester op de marifoon over 'scarabees' praten. Hij vertelt ook nog dat ze hier jarenlang tevergeefs om airco hebben gevraagd, tot de computers er door de warmte mee stoptenÂ…

Vrijdag 30Op de Saône is het wat 'frisser' dan op de Rhône: de thermometer in de stuurhut komt vandaag net niet boven de dertig graden uit, en die zes graden zijn werkelijk een wereld van verschil. Desondanks is het nog te warm voor lakwerk, en de (vaar)wind maakt het resultaat ook niet mooier, maar wanneer danÂ…?

 Mei
2006
  
 Juli
2006
print-versie