Woensdag 19 september

Ons raam bleek uitzicht te bieden op een typisch Chinese flat, met volgestouwde balkonnetjes, ronde golfplaten overkappingen en volgehangen met airco's. Ook bleken veel woningen blauw getint glas te hebben. Op een vuil binnenplaatsje begon een oude man de dag met Tai-Chi oefeningen. Wij begonnen met een luxueus ontbijt: een lange rij tafels bood aan de ene kant keus uit Chinese, aan de andere kant uit westerse lekkernijen. We namen van beide culturen een hapje en vulden de gaatjes met yoghurt.

De Isabella

De Isabella V, genoemd naar ontdekkingsreizigster Isabella Bird, was inmiddels gearriveerd, dus gingen we met de bus richting Yangtze. Aan de kades werd druk gewerkt, ter voorbereiding op de waterpeilverhoging. De arbeiders woonden ter plekke in hutjes en het meeste werk gebeurde met de hand. Een ijzeren balk werd onder ritmisch gezang door vier mannen met jukken de trap af gedragen. Als je daartussen dan uit je geairconditioneerde bus stapt om aan boord te gaan van je luxe cruiseschip voel je je toch een tikkeltje opgelaten…

In de lounge werden we met vochtige handdoekjes en thee verwelkomd. Omdat alles vertraging had opgelopen moesten we in de bar op de eerste verdieping wachten tot onze hutten klaar waren. Op deze verdieping bevonden zich ook de eetzaal, een massage- en acupunctuurpraktijk en een souvenirwinkeltje, terwijl in de gang een kunstenaar de hele dag verwoed berglandschappen zat te schilderen. Daarna was er een meeting in de feestzaal op de tweede verdieping, dat wil zeggen, de tweede verdieping boven de lounge. Onder de lounge bevond zich namelijk nog een verdieping, voor de 120 personeelsleden (bijna hetzelfde aantal als dat van de passagiers!). Behalve wij, waren er 3 andere groepen aan boord, Japanners, Duitsers en Fransen. We hoopten dat we in een noodgeval niet met al deze mensen in de roeiboot zouden moeten... Nadat in de feestzaal het programma voor de komende twee dagen bekend was gemaakt vertrokken we.

De hutten bleken nogal wat te verschillen van onze hotelkamer van afgelopen nacht. Alles zag er een beetje haveloos uit, en de douche was echt primitief, maar we kwamen hier tenslotte om wat te leren en niet voor de luxe. Dus gingen we maar snel van het uitzicht genieten op het voordek, waar het grastapijt opkrulde door de harde, maar warme, wind, tot het tijd was voor de lunch. Die bestond uit een buffet van warme gerechten, ook wat minder van kwaliteit dan we inmiddels gewend waren (veel botten en vellen), of waren we inmiddels misschien gewoon vérwend geraakt?

Na de lunch kregen de 'captains', verdeeld over twee groepen, een speciale rondleiding naar de stuurhut en de machinekamer. Wij gingen eerst, langs de bemanningsverblijven en de wasserette, naar de machinekamer. Die zag er keurig netjes uit. Er stonden 2 motoren van 1200 pk. De stuurhut was erg eenvoudig ingericht. Een man stond op de radar te kijken, een tweede stond aan het roer, de kapitein hield uit het raam hangend de uitkijk en een vierde man was zo vriendelijk voor ons de dieptemeter aan te zetten en, met behulp van de boord-gids, vragen te beantwoorden.

De diepte varieerde hier van 7,5 tot 18 meter, maar in de Kloven staat hier en daar wel 30 meter water, volgens de gids. De Isabella lag 2,40 meter diep, volgens hem hier de maximaal toegestane diepgang. De waterstand aan Chongqing was nu 13 meter, gisteren 11 en vorige week 15. Dit wordt gerekend vanaf de laagst bekende waterstand, die als 0 geldt. Vanaf 20 meter is er sprake van hoog water. Er liep nu, bij 20 000 m3/seconde, zo'n 10 kilometer stroom. In de regentijd kan de afvoer wel 50 000m3/seconde bereiken.

De Yangtze

De Chinese naam voor de Yangtze, Chang Jiang betekent Lange Rivier en het is dan ook de op twee na langste rivier ter wereld. Hij ontspringt op de Tibetaanse hoogvlakte en mondt 6300 kilometer verder bij Shanghai in de Oostchinese Zee, onderweg gevoed door 700 zijrivieren. De rivier is tegenwoordig beneden Chongqing het hele jaar bevaarbaar voor grotere vracht- en passagiersschepen en beneden Wuhan zelfs voor zeeboten tot 10000 ton. Tot ver in de 20e eeuw konden echter alleen kleine schepen de rivier boven Yichang bevaren, en dan nog alleen met behulp van jagers of lieren, vanwege de 'Drie Kloven', een 200 kilometer lang, steil en smal dal vol rotspunten en stroomversnellingen. Sinds 1950 zijn alle gevaarlijke rotsen echter opgeblazen en door de bouw van de Gezhouba-stuwdam bij Yichang is het waterpeil in de Xiling-kloof al zo'n 20 meter verhoogd. Als de nieuwe Three Gorges dam bij Sandouping klaar is wordt het water hier nog eens 110 meter opgestuwd.

Tijdens onze 660 kilometer lange tocht op de Yangtze, van Chongqing naar Yichang, zagen we grote containerschepen, vreemd gekoppelde samenstellen, veerboten vol Chinese reizigers, een draak van een passagiersschip, een nieuw pontonschip dat met knallend vuurwerk werd ingewijd en vooral veel ondiepe vrachtscheepjes met rood-wit-blauw gestreepte kleden, die opvarend zo ver als mogelijk onder de wal kropen. Bakenbootjes lagen er trouwens volop. We passeerden nog een paar verraderlijke, net boven water uitstekende rotseilanden, die enigszins een idee gaven van hoe gevaarlijk het hier vroeger moet zijn geweest. Communicatie tussen de schepen onderling gebeurt hoofdzakelijk met geluidssignalen, hoewel de kapitein ook een soort marifoon leek te hebben, misschien voor contact met de vele seinposten op de wal. Dat alles toch niet altijd goed gaat bewees de berging van een wrak midden op de rivier.

Een bijzonder gezicht waren de kleine sampans met hun ronde daken, die met de kop op een zandplaat langs de oever lagen te laden. Niet met een installatie, maar met emmertjes die door de bemanning via loopplanken aan boord worden gedragen. Waar ze vanaf de wal bereikbaar waren stonden op deze zandplaten ook vaak vrachtauto's, die eveneens met de hand vol geschept worden.

Het water van de Yangtze is modderig bruin, een groot contrast met het vaak helder blauwe water wat uit de zijrivieren komt. Langs de rivier zagen we veel industrie, af en toe een werf en talloze grauwe oude steden met kleurige nieuwe flats op de bergen erboven of er tegenover, bedoeld voor de grote volksverhuizing die de bouw van de Three Gorges dam veroorzaakt. Hoe hoog het water in 2009 exact komt te staan, wordt overal met borden aangegeven. Bij die hoogtes vielen de 'pegels' die overal op de rotsen waren geschilderd toch wel in het niet.

Hoe sterk het waterpeil in deze regenrivier nu nog kan variëren blijkt wel uit de 'flexibele' installaties en vastmaakmogelijkheden. Naar verluidt kan het waterpeil bij Chongqing tot 32 meter op en neer gaan en bij Yichang nog 16 meter Er zijn dan ook nergens verticale kademuren, alles loopt schuin. Vrachtschepen liggen altijd met hun kop naar de wal toe vast en passagiersschepen meren af aan een lange rij pontons .

Fengdu

Om vier uur stopten we voor een excursie naar de 'geestenstad' Fengdu, al van verre zichtbaar door een monsterlijke witte figuur boven op de berg die me het ergste deed vrezen, maar dat bleek mee te vallen. Op de wal stond al een bus met lokale gids gereed om ons naar het kabelbaanstation te brengen, want de geestenstad op zich ligt boven op de berg. Als de Three Gorges dam klaar is verdwijnt dan ook 'alleen' de bewoonde benedenstad (die er overigens heel gezellig uit zag) onder water.

De gids bleek buiten ontzettend moeilijk te verstaan door haar megafoon. Ik dacht te begrijpen dat men vroeger geloofde dat de geesten van overledenen eerst naar Fengdu gaan, waar de koning van de onderwereld resideert. Hierdoor zijn allerlei 'bijgelovige' rituelen ontstaan. Bijvoorbeeld, als twee geliefden na hun dood weer samen willen komen moeten ze tijdens hun leven in 9 stappen hand in hand over een bepaald bruggetje gaan. Om alle hogere wezens gunstig te stemmen zijn er in Fengdu talloze grote en kleine tempels en altaren gebouwd die vol staan met beelden van godheden, heiligen en demonen, zowel boeddhistische als taoïstische. Maar de god van de commercie leek tegenwoordig toch het meest aanbeden te worden…

Op een gegeven moment gaven we het maar op om te proberen de gids te begrijpen en keken we zelf maar wat rond, genietend van het uitzicht, de pagodes en van details, zoals een Chinees karakter gemaakt van scherfjes. Wat oud en wat nieuw was, was moeilijk uit te maken. In China vervagen de grenzen tussen kunst en kitsch. Ook ontdekten we een werkelijk monsterlijke kever, die al snel meer mensen om zich heen verzameld had dan de gids. Zeker toen hij onder luid gebrom per ongeluk een van de groepsleden aanvloog, die daarop natuurlijk een ijselijke gil slaakte…

Weer aan boord van de Isabella moesten we ons vlug omkleden vanwege een cocktailparty in de bar. Iedereen kreeg een glaasje champagne en er stonden allerlei lekkere hapjes op tafel uitgestald, zoals loempiaatjes, gehaktballetjes, gemarineerde stukjes tahoe, gefrituurde garnalen en meloen. De kapitein, voor deze gelegenheid in zijn witte uniform gestoken, leek blij te zijn toen hij weer weg kon, want we gingen nog een stukje door in het donker. Daarna was het tijd voor het diner, geen buffet maar 'gewoon' draaiplateaus.

In plaats van naar de culturele avond te gaan heb ik mijn reisverslag weer eens bijgewerkt, terwijl Thijs en een paar collega's in de gaten hielden of de kapitein zijn werk wel goed deed na die champagne. Ondanks de radar werd er voortdurend met de schijnwerper aan gevaren. De boeien waren wel verlicht (door middel van waterradjes wekken zij hun eigen stroom op, naar het schijnt) en er was weinig andere vaart, maar desondanks moet het daar niet leuk zijn om in het donker af te knallen tot omstreeks middernacht, toen we, waarschijnlijk in Wanxian, stopten.

   
 
©PICARO